Bouwgeschiedenis Dordrecht » Dordrecht van 1550 tot 1850

De bouwgeschiedenis van Dordrecht van 1550 tot 1850. Dordrecht is in de 16e tot en met de 18e eeuw een handelsstad, maar de groei is niet zo groot als in de Dordtse Gouden Eeuw. De meeste Dordtenaren zijn inmiddels ambachtslieden, georganiseerd in beroepsgroepen en belangenorganisaties.

Halverwege de 16de eeuw sterven veel inwoners door hongersnoden. De Beeldenstorm rond 1565 leidt in Dordrecht niet tot zeer grote vernielingen dankzij een tactvolle burgemeester. De geloofsstrijd leidt wel tot de komst van de Spaanse veldheer Alva naar Nederland en zo breekt de Tachtigjarige Oorlog uit. Uit pragmatische overwegingen schaart Dordrecht zich in 1572 tijdens de Eerste Vrije Statenvergadering achter de opstandelingen tegen Spanje. De watergeuzen zijn namelijk in een positie om de handelsroutes naar de stad af te sluiten. In 1575 wordt in het Hof van Nederland (1512) door de Staten van Holland en Zeeland de Unie van Dordrecht gesloten. Dit verdrag legt basis voor de Republiek der Verenigde Nederlanden. De naastgelegen De Berckepoort was regelmatig verblijfplaats van zowel Willem van Oranje, als zijn zoon en stadhouder Maurits als zij belangrijke strategische expedities voorbereide in het Hof, maar ook de Hertog van Alva verbleef hier.

Vanwege haar status en gunstige ligging vindt in 1618 en 1619 ook de eerste Nederlandse Nationale Synode plaats in Dordrecht, in de Kloveniersdoelen (waar nu de rechtbank is). In 180 zittingen wordt onder meer besloten tot een nieuwe bijbelvertaling. De daaruit voorkomende Statenbijbel (1673) vormt de basis van de huidige Nederlandse taal. 

Na een lange periode van stilstand wordt in 1609 de Wolwevershaven gegraven.

Het Maartensgat verandert in 1649 van houtbergplaats in een haven. De Catharijnenpoort (1652) moest vanaf de Hooikade dit deel van de stad bewaken. In 1655 is de Kalkhaven gebruiksklaar. Verder wordt er voornamelijk verbouwd: rijke families geven hun woonhuizen een nieuwe gevel en een nieuw interieur naar de nieuwste mode. Of ze voegen panden en percelen samen voor het bouwen van een nieuw pand.

Tegen het einde van de 17de eeuw breekt een rustige periode aan. Nieuwe kooplieden vestigen zich in de stad en brengen de handel opnieuw tot bloei.Kenmerkend voor de stad Dordrecht is het lange tijd ontbreken van pleinen van enige omvang vanwege de beperkte marktfunctie. Goederen werden direct verkocht, overgeslagen op de kade of direct naar één van de vele pakhuizen gebracht. De huidige pleinen, zoals het Scheffersplein, Statenplein, Grote Markt zijn pas later ontstaan. 

De meeste Dordtenaren zijn inmiddels ambachtslieden, georganiseerd in gildes, beroepsgroepen en belangenorganisaties. Gilde Crimpert Salm (1607) pand van Viskopersgilde. Zakkendragershuisje (1647) was het gildehuis van mazelaars ofwel zakkendragers.

Gedurende de 16de, 17de en 18de eeuw geven de kooplieden opdracht tot de bouw van veel pakhuizen en patriciershuizen en er wordt veel verbouwd: rijke families geven hun woonhuizen een nieuwe gevel en een nieuw interieur naar de nieuwste mode. Of ze voegen panden en percelen samen voor het bouwen van een nieuw pand. Voorbeelden zijn zijn In Beverenburch (1556) en het huis De Onbeschaamde (1653) van de vermaarde architect Pieter Post aan de Wijnstraat. Pakhuis Van Oldenborgh (1658), Pakhuis Stokholm (1730) is een van de oudste gebouwen aan de Wolwevershaven. Woonhofjes uit deze periode zijn de Arend Maartenszhof (1625) en de Regenten- of Lenghenhof (vanaf 1755). 

De bekende Dordtse gevels, de licht voorover hellende trapgevels in Hollandse Renaissancestijl, worden vooral tussen 1650 en 1725 gebouwd. Van de in Dordrecht bedachte geveltype zijn er van de 800 gebouwde gevels in Dordrecht en de rest van Nederland nog ca. 70 gevels over.

Ondanks tegenstand van de prins en zijn Oranjegezinden nemen de Fransen van Napoleon Bonaparte eind 18de eeuw de macht in de stad over, gesteund door de Dordtse patriotten. Dit leidt voor Dordrecht echter ook tot ongewenste gelijkheid. Zo verdwijnt het lucratieve stapelrecht en de Munt van Holland gaat naar Utrecht. Ook is Dordrecht niet langer eerste stemhebbende stad in de Statenvergadering en zijn familiewapens, wapenborden en gilden niet langer gewenst.

Vanaf de 17de eeuw tot halverwege de 19de eeuw lijdt de stadsbevolking onder de gewapende strijd maar ook onder ziekten als de pest en cholera, waaraan een groot deel van de bevolking sterft. Met het oog op de volksgezondheid besluit het stadsbestuur na de cholera-epidemie in 1848-1849 dan ook de grachten, die als riool dienen, te dempen.

Meer bouwgeschiedenis Dordrecht

Dordrecht bouwgeschiedenis tot 1550

Dordrecht bouwgeschiedenis van 1850 tot 1950

Dordrecht bouwgeschiedenis van 1950 tot 1990